Een stadion met een verhaal

Stadion Galgenwaard. Een begrip in het Nederlandse voetbal. Een naam die klinkt als een klok, ver buiten de Utrechtse stadsgrenzen. ‘De Galg’: geliefd bij Utrechters, gevreesd door tegenstanders. Zij weten: daar, aan het Herculesplein, daar kan het spoken. Daar krijgen we geen grasspriet cadeau; nooit!

Anno 2024 biedt Stadion Galgenwaard plaats aan 23.750 toeschouwers. De Utrechtse voetbaltempel heeft vier tribunes: Noordtribune, Zuidtribune, Bunnikside en Cityside. De Noordtribune is de hoofdtribune. Op de Bunnikside verzamelt doorgaans de meest fanatieke aanhang van de club zich, terwijl de Cityside juist te boek staat als de gezinstribune. Daar bevindt zich ook het gastenvak.

Hoewel de naam anders doet vermoeden heeft Galghenwert, zoals het in de middeleeuwen werd genoemd, waarschijnlijk nooit als executieplaats gediend. Het perceel is eeuwenlang gebruikt voor de land- en tuinbouw.

De geschiedenis van het eerste Galgenwaard-stadion begint in de jaren dertig. Utrecht had behoefte aan een plaats waar verschillende sporten konden worden beoefend. Maar voordat het stadion kon worden gebouwd, waren er de nodige obstakels. Zo had het toenmalige ministerie van Oorlog  problemen met het stadion. Het werd gezien als een ‘schootsveldbelemmerend gebouw’, omdat het binnen de fortengordel van Utrecht viel. Daarnaast waren er bedenkingen omdat de wereld in de greep was van een crisis toen men met de bouw wilde beginnen.

De Utrechtse voetbalclubs Hercules en DOS speelden in het stadion hun thuiswedstrijden. Het stadion trok op zondag gemiddeld zo’n kleine 16.000 bezoekers. In 1958 behaalde DOS het landskampioenschap en in dat jaar speelde de club in een uitverkocht Galgenwaard de club haar eerste Europa Cup-wedstrijd tegen het Portugese Sporting Lissabon. Ook de zomerse wielerwedstrijden op de baan van Galgenwaard werden lange tijd redelijk bezocht. Cees Stam vestigde in 1974 nog het werelduurrecord op deze baan. Bovendien vormde het stadion het decor voor wedstrijden voor windhonden, atletiekevenementen, turnen en de Jehova’s-getuigen hielden er hun congressen. 

In 1970 gingen de profsecties van DOS, Elinkwijk en Velox op in een nieuwe fusieclub FC Utrecht, dat vanaf dat moment Galgenwaard als thuisbasis had. Tot 1970 voldeed het stadion uitstekend. Vanaf de jaren zeventig bleek de verouderde accommodatie niet bestand tegen het voetbalvandalisme waar Nederland en Utrecht mee geconfronteerd werden. Bovendien was de afstand tot het veld te groot en het aantal zitplaatsen en overdekte plaatsen veel te klein. De wielerbaan moest verdwijnen en de veiligheid vergroot. Het afscheid van het stadion haalde op 20 april 1981 de internationale pers. FC Utrecht speelde die dag tegen PSV de laatste wedstrijd in de oude Galgenwaard. Het had een feestelijk afscheid moeten worden, maar na afloop werd het stadion door supporters eigenhandig gesloopt.

In augustus 1982 werd Stadion Nieuw Galgenwaard in gebruik genomen. Het was op dat moment één van de modernste stadions van de wereld. De hekken waren verdwenen en de grachten om het speelveld maakten het de toeschouwers vrijwel onmogelijk het veld te betreden. Vijftien toegangen en acht extra nooduitgangen zorgden ervoor dat het stadion binnen drie minuten ontruimd kon worden. Uniek voor die tijd.  Het invloedrijke Taylor-rapport, dat verscheen na de verschillende toeschouwersrampen in Engeland, prees Nieuw Galgenwaard. Het stadion was dan ook bepalend werd voor de nieuwste voorschriften van de UEFA en FIFA. Revolutionair was verder de bedrijfsruimte onder de tribunes. Weinig stadions in Europa kregen in die tijd zoveel delegaties op bezoek als het nieuwe onderkomen van FC Utrecht. Nieuw Galgenwaard werd gezien als een modelstadion voor kleine en middelgrote clubs.

Twintig jaar later was het stadion opnieuw toe aan uitbreiding en modernisering. De hoofdtribune werd verplaatst naar de noordzijde en werd bij het begin van het seizoen 2001/2002 in gebruik genomen. De oude hoofdtribune werd direct daarop onder handen genomen. Een jaar later had FC Utrecht twee prachtige, imposante, nieuwe tribunes aan de lange zijdes van het veld. In de laatste fase werden ook de tribunes aan de korte zijden vervangen. Sinds het seizoen 2004/2005 had het stadion 24.500 zitplaatsen. Na de herinrichting van de hoofdtribune bedraagt de huidige capaciteit 23.750 toeschouwers.

De officiële naam van de thuishaven van FC Utrecht is sinds 1 januari 2002 Stadion Galgenwaard. Sinds december 2023 is FC Utrecht eigenaar van Stadion Galgenwaard en heeft het hiermee de naam gewaarborgd voor de toekomst.