De Vereniging. Dat is de bijnaam van Cercle Brugge. Een team dat je op allerhande manieren mag omschrijven – bijvoorbeeld: de groen-zwarten, of Cercletje – maar in elk geval geen ‘club’ mag noemen. Immers; in Brugge is er al een Club.
Cercle Brugge heeft het Jan Breydelstadion als thuishaven. Dat stadion deelt de in de hoogste divisie van België spelende ploeg met stadsgenoot Club Brugge.
Na zes speeldagen in de Jupiler Pro League staat Cercle Brugge op de zestiende plaats van het klassement. Dat is precies de stek waarop de Vereniging vorig seizoen ook eindigde.
Drie landstitels prijken er op het palmares van Cercle Brugge, dat in 1911 de eerste Vlaamse landskampioen werd van België.
Cercle Brugge onderhoudt nauwe banden met AS Monaco. In de selectie van de ploeg uit Brugge spelen momenteel twee huurlingen van de Monegasken: Litouws international Edgaras Utkus en Servisch jeugdinternational Boris Popovic.
Vier keer eerder stond FC Utrecht tegenover Cercle Brugge. De Utrechters verloren in 1994 (1-2), 1995 (andermaal 1-2) en 1996 (1-3) van de Belgen, maar trokken in 1997 wel aan het langste eind. Het werd toen 2-0 voor de Utrechters, dankzij twee doelpunten van Michael Mols.
Francis Dickoh, Paulus Roiha en Tom Van Mol speelden voor FC Utrecht en Cercle Brugge, waar Foeke Booy – voormalig speler, trainer en technisch directeur van de Domstedelingen – in het seizoen 2012/2013 werkte als trainer.
Foto: CercleBrugge.be
