Middenvelder Nassir El Aissati is één van de Jong FC Utrecht-spelers die van trainer/coach Erik ten Hag de kans heeft gekregen tijdens de voorbereiding met het vlaggenschip van de club uit de Domstad mee te trainen en te spelen. FCUtrecht.nl sprak na afloop van de 1-6 zege op FC Ambacht over die kans met het jeugdproduct van de club.

“Dit is een mooie kans”, valt El Aissati, ondertussen het zweet van zijn voorhoofd vegend, met de deur in huis in de catacomben van Sportpark Schildman in Hendrik-Ido-Ambacht. “Het biedt me de gelegenheid mezelf in de kijker te spelen. Je hebt veel ervaren spelers om je heen, zoals bijvoorbeeld Ramon Leeuwin, Chris Kum en Willem Janssen. Daar probeer je natuurlijk zoveel mogelijk van op te steken. Ik zie het als een eer om tijdens de voorbereiding met het eerste elftal mee te mogen doen.”

Kind van de club
Een kind van de club, zo mag de balvaardige middenvelder toch wel genoemd worden. Elf jaar al draagt hij het rood en wit van FC Utrecht. “De afgelopen jaren trainde ik al wel eens vaker met het eerste elftal mee”, lepelt de twintigjarige El Aissati op. “Nu ik van de trainer deze kans kreeg, zei ik direct tegen mezelf: ‘Laten zien, laten zien, laten zien’.”

'Daar leef ik voor'
“Ik vind dat het wel lekker gaat, maar het kan natuurlijk altijd beter”, aldus El Aissati over de voorbije weken. “De Ramadan maakt het extra zwaar, maar dat is nergens een excuus voor. Het is wél extra bikkelen daardoor. ‘Jij kunt dat aan’, zei mijn vader tegen me. Tot nu toe verloopt het ook goed en ik doe keihard mijn best. Er komt een moment waarop ik hoor of ik bij het eerste mag blijven, of dat ik me weer bij Jong FC Utrecht mag voegen. Natuurlijk hoop ik dat ik voor het eerste elftal mag spelen. Daar leef ik voor.”

Hoger tempo
Tegen FC Ambacht, een amateurcollectief bestaande uit spelers van hoofdklasser ASWH en eersteklasser IFC, kwam El Aissati als invaller binnen de lijnen en gaf hij de assist op de 1-5, die Leon de Kogel maakte. “Zes goals is een leuk aantal”, verwijst hij naar de 1-6 zege, “maar je moet er tegen deze ploeg meer maken. We hadden als team in een hoger tempo moeten spelen. Dan kun je een tegenstander als deze kapotspelen.”