Handen schudden, het glas heffen en elkaar het beste toewensen? Natuurlijk, dat hoort bij elke nieuwjaarsreceptie en dus ook die van FC Utrecht. Maar vanavond (vrijdag) was het toch vooral het middengedeelte van de nieuwjaarsbijeenkomst waarover het bij het verlaten van Stadion Galgenwaard ging.

In een talkshowachtige setting liet presentator Wilco van Schaik, na zelf het openingswoord te hebben verzorgd na de spetterende opkomsttune War van de Utrechtse band Kensington, achtereenvolgens aanvoerder Willem Janssen, Financieel Manager Michel Baas, Hoofd Opleiding & Technisch Manager Henny Lee, Head of Sales Arnaud Miltenburg, Manager Spelerszaken & Scouting Edwin de Kruijff, trainer/coach Robby Alflen, Supporterscoördinator Robert Junier en grootaandeelhouder Frans van Seumeren aan het woord. En wie het ook was die er sprak, telkens kwam er één gemeenschappelijke deler al snel bovendrijven: trots.

"Een mooi, uitdagend jaar, waarin we onze dromen willen waarmaken", zei Algemeen Directeur Van Schaik in zijn openingspraatje over 2015, waarin hij in het bijzonder burgemeester Jan van Zanen van Utrecht welkom heette bij de nieuwjaarsreceptie van FC Utrecht. Maar er waren ook waarschuwende woorden van Van Schaik. "Als we als Nederlandse voetbal niet méér gaan doen dan we tot nu toe deden, gaan we afglijden. We moeten oppassen dat we niet van de brug donderen", sprak hij klare taal.

Dat deed ook aanvoerder Janssen, "Ik heb er veel vertrouwen in dat we tijdens de tweede seizoenshelft de vruchten gaan plukken van onze spelopvatting", zei de captain, doelend op de nieuwe, meer aanvallende insteek die FC Utrecht hanteert. "In de thuisduels met Go Ahead Eagles, SC Cambuur en Heracles Almelo hebben we ons lesgeld betaald. We zijn groeiende. AZ-uit was daarvan het beste voorbeeld én de bekroning."

Hoewel FC Utrecht in 2014 in financieel opzicht grote stappen in de goede richting zette, herinnerde Baas de toehoorders aan het feit dat de club ondanks de inhaalslagen die zijn gemaakt, nog altijd verlieslatend was. "En dus ben ik nog niet helemaal blij. We zijn op weg naar een gezonde financiële situatie, maar we zijn er nog niet. We hebben enorme stappen gezet, maar moeten er nog meer zetten in de toekomst. Operationele verliezen kunnen we alleen met transferinkomsten opvangen. De afgelopen jaren hebben we als club bewezen die uitgaande transfers ook altijd te kunnen realiseren. We zijn op de goede weg, maar het heeft nog tijd nodig om FC Utrecht financieel gezond te maken. Met een fantastisch team, daar ben ik trots op, werken we aan deze geweldige uitdaging." 

"Ik ben er trots op dat we met de FC Utrecht Academie de aansluiting hebben gevonden bij de top van Nederland", vertelde Lee op zijn beurt. "We hebben recentelijk FC Utrecht O9 op poten gezet. Daardoor kunnen we regionaal talent in een nog eerder stadium aan ons binden. In het verleden kon dat niet. Talenten als Afellay, Labyad, Aissati en Bazoer stonden destijds op onze scoutingslijsten. Maar we konden ze niet aantrekken. Nu kunnen we dat met jonge talenten wél. Daar zijn we heel erg blij om. De club investeert veel in de jeugdopleiding, en dat is ook één van de pijlers waar FC Utrecht het van moet hebben. Nu is de uitdaging om het aantal exceptionele talenten in elke lichting, dat nu één of twee bedraagt, te doen verdubbelen."

Head of Sales Miltenburg sprak zijn trots uit over de innovativiteit van de businessclub van FC Utrecht. "Themaboxen, zoals we die inmiddels bij vele BVO's zien, zijn in Utrecht uitgevonden. Alle skyboxen zijn dit seizoen bezet. Dat is uniek in dit stadion en vooral in deze periode", aldus Miltenburg. "Het afgelopen jaar hebben we ons salesteam geoptimaliseerd door door te selecteren. De bartering is nu op een gewenst niveau. En hoewel we nog voldoende plekken beschikbaar hebben, groeit het aantal sponsors al jaren met tien procent per jaar. Voor onze afdeling zit de uitdaging hem in het binden van een nieuwe hoofdsponsor en het voller krijgen van de hoofdtribune."

"De verkoop van Jens Toornstra was absoluut noodzakelijk voor FC Utrecht", ging De Kruijff in op één van de vragen van tafelheer Van Schaik. "Velen maakten zich daarna zorgen over een verlies aan scorend vermogen. We hebben na zeventien wedstrijden nu dertig keer gescoord. Vorig seizoen, mét Jens in de ploeg, hadden we na zeventien speeldagen 25 doelpunten gemaakt. Ik heb het volste vertrouwen in deze groep, die bestaat uit een goede mix van wat meer ervaren spelers en jonge talenten. We willen allemaal de club gezond maken. Ik vind het prachtig om te zien hoe iedereen, vanuit zijn of haar eigen functie, daar keihard voor werkt. Alles geeft mij het gevoel dat we op de goede weg zijn."

Trainer/coach Alflen benadrukte tijdens zijn eerste zes maanden als hoofdverantwoordelijke veel leermomenten te hebben meegemaakt. "SC Cambuur-thuis was een kantelpunt. Na die wedstrijd is er veel gesproken. Die week ben ik veel wijzer geworden", zei Alflen, die bovendien benadrukte dat hij het gevoel heeft dat de spelersgroep klaar is om van de tweede seizoenshelft een succes te maken.

"Supporters zijn het hart van de club", opende Supporterscoördinator Junier zijn betoog. "En hier staat een trotse supporter. Volksclub, één van de kernwaardes. Joppie Lijffijt. Nadat hij overleed, een echte FC Utrecht-supporter, kwam iedereen bijeen. De stille tocht, de duizenden mensen op de Bunnikside, toen zijn kist op de middenstip stond. Op dat soort momenten komt alles samen. Passie. Borst vooruit en trots zijn op je club. Elk jaar reiken we de David Di Tommaso Trofee uit. Als ik dan zie dat Noa Di Tommaso op de schouders van de spelers wordt gedragen... Hij is zijn vader verloren, bijna tien jaar geleden alweer. Maar hij heeft er een familie bij. Hij is één van ons. Strijd. Dat willen we zien op het veld, maar dat zien we ook bij jonge, zieke kinderen als onze spelers een bezoek brengen aan het Wilhelmina Kinder Ziekenhuis. Het Maatschappelijke Gala. Gewoon poen bij elkaar halen, noem ik dat. Maar daarmee dan vervolgens wél doen waarin wij bij FC Utrecht zo goed zijn: verbinden, delen en geven. En uitgeven, haha", kreeg Junier de lachers op zijn hand. "Bertus Zijlmaker. We werden benaderd door een wijkagent. Bertus kon zijn bed niet meer uit, zijn huis lag vol troep. Nou, dan gaan wij schoonmaken. Handschoentjes aan, emmertjes mee en schoonmaken maar. De krant besteedt daar dan aandacht aan, ook mooi. Innovatief, dat zijn we ook. Wij zijn toonaangevend. Wij waren het eerste stadion zonder hekken, zetten als eerste een DJ op het veld, en komende week? Dan gooien we gewoon even een oefenpot tegen Borussia Dortmund in ons oefenprogramma! Nergens zie je dat, maar hier wel. Hier pleuren we die wedstrijd er gewoon tussen! Ajax-uit. 'Niet doen, niet met zoveel man gaan', hoorden we vanuit alle hoeken. En wij? Wij gingen. En het ging goed. Wij? Wij gaan de club niet alleen redden, wij gaan de club groot maken! Met elkaar!"

Tot slot was het woord aan grootaandeelhouder Frans van Seumeren. "De woorden die Robert Junier net uitspreekt, dat zijn mijn kernwaarden", vertelde Van Seumeren. "En die zie ik langzaam maar zeker meer en meer terugkomen binnen de club. Die worden er nu op een heel goede manier ingeslepen. Ik kan heel slecht tegen mijn verlies. Na sommige wedstrijden heb ik even een uurtje nodig om bij mijn positieven te komen. Dat is emotie! En emotie hoort bij het leven! Heb je verdriet? Dan moet je doorzetten. Dan kom je er wel weer uit!", zei Van Seumeren, die zich bovendien aansloot bij hetgeen Baas had verteld.

Het laatste woord was aan Van Schaik. "Het zeventien keer spelen van een thuiswedstrijd is niet voldoende voor FC Utrecht", begon hij zijn slotrede. "We zullen als club méér evenementen moeten organiseren in het stadion. De Tour de France gaat dit jaar in Utrecht van start. Wij gaan in die periode grote events neerzetten. Ik zou zeggen: Bon Voyage!