Het flesje sportdrank dat hem na de eerste training van de nieuwe jaargang werd voorgeschoteld, kwam Danny Verbeek goed van pas. De door FC Utrecht van Standard Luik gehuurde aanvaller werkte een naar eigen zeggen pittige eerste oefensessie af in de Domstad. “Ja, het was flink aanpoten. Maar dat moet ook wel, met de stijl van spelen die we voor ogen hebben. Die vergt veel van je, dus moet je goed trainen en topfit worden”, aldus Verbeek, wiens scherpe voorzetten en vinnige schoten tijdens de eerste training nog niet te zien waren. Een afwerkoefening stond immers niet op het programma voor de selectie van trainer/coach Robby Alflen. “Maar dat komt nog wel. Nu was het vooral lekker om weer op het veld te staan en weer wat gevoel met de bal te krijgen. Dat afwerken komt later wel.”

Een week of vijf duurde de zomervakantie van de Bossche aanvaller. Daarin was van stilzitten voor de Brabander amper sprake. “Als profvoetballer ga je altijd wel door met trainen”, vertelde hij. “Je conditie en je kracht moet je op peil houden, ook tijdens een vakantie. Dus heb ik de nodige rondjes door ’s-Hertogenbosch gerend en bezocht ik twee á drie keer per week een personal trainer. Dankzij het programma dat ik tijdens mijn vakantie afwerkte, ben ik op dit moment zo fit als je moet zijn om scherp aan een nieuw seizoen te beginnen.”

“We zijn al zo goed als compleet en dat is fijn”, ging Verbeek verder. “Na één trainingsdag ken ik de jongens natuurlijk nog niet heel goed, maar mijn eerste indrukken hier in Utrecht zijn heel positief. Ik denk dat we een leuke groep hebben. De sfeer is in elk geval meteen goed.”

Donderdag en zaterdag wordt de trainingskledij door de selectiespelers van FC Utrecht verruild voor het wedstrijdtenue en staan er oefenduels tegen amateurselecties op het programma. Verbeek heeft daar zin in. “Het is nu vooral fijn om op gang te komen op het trainingsveld, maar dergelijke voorbereidingswedstrijden zijn ook belangrijk”, aldus Verbeek. “Tijdens die wedstrijden kun je als team werken aan patronen en zelf op stoom komen. Al gaat er natuurlijk niets boven spelen om de punten. Daar werken we nu met z’n allen naartoe.”