Aanvaller Gyliano van Velzen maakte vanavond (maandag) tijdens het vriendschappelijke duel tussen Jong FC Utrecht en Jong NAC Breda (0-2) zijn rentree op het wedstrijdveld na zeven weken uitgeschakeld te zijn geweest met een knieblessure. De flankspits speelde drie kwartier mee. FCUtrecht.nl zocht hem na de wedstrijd op.

“Ik stond te popelen, was helemaal blij dat ik eindelijk weer kon spelen”, zegt Gyliano van Velzen, als hij wordt geconfronteerd met het feit dat hij twee minuten eerder dan zijn ploeggenoten de kleedkamer in de rust verruilde voor het voetbalveld. “Het was heerlijk om na zeven weken te zijn uitgeschakeld, weer mee te kunnen spelen in een wedstrijd.”

Dat die wedstrijd met 0-2 werd verloren, vond Van Velzen jammer. Maar de blijdschap van zijn terugkeer overheerste bij de snelle aanvaller. “Persoonlijk ging het okay vandaag”, vertelt de FC Utrecht-flankspits. “Al had ik vanavond ook heel graag willen scoren of een assist willen geven. Maar dat is niet gelukt.”

Het mocht de pret van de terugkeer bij Van Velzen niet drukken. Hij richt zich nu volledig op het verder opdoen van wedstrijdritme. En is zich ervan bewust dat hem, zodra hij volledig wedstrijdfit is, een zware concurrentiestrijd wacht. “In de voorbereiding op dit seizoen ging het lekker, ook daarom baalde ik er erg van toen ik vlak voor de competitiestart geblesseerd raakte. Nu weet ik dat het zaak is hard te blijven trainen. Voor de concurrentiestrijd loop ik niet weg. Sterker nog: dat vind ik juist prettig. Die strijd dwingt mij er namelijk toe extra hard te werken en maakt me beter.”