Routinier Alje Schut is dezer dagen terug op de trainingsvelden van FC Utrecht. De speler van de Zuid-Afrikaanse topclub Mamelodi Sundowns houdt op Sportcomplex Zoudenbalch een week zijn conditie op peil. FCUtrecht.nl sprak met de 34-jarige achterhoedespeler over zijn Afrikaanse avonturen en Ajax-thuis. Dat, zo weet Schut als geen ander, is een wedstrijd als geen enkele andere.

“Het gaat prima met me.” Aan tafel in de bestuurskamer van Sportcomplex Zoudenbalch zit een afgetrainde Alje Schut. Afbouwen in Afrika? Ha, zwoegen onder de Zuid-Afrikaanse zon zul je bedoelen! “Ik voel me fysiek sterker dan ooit”, zegt de Utrechter. “Het lijkt erop dat ik de jaren aan het inhalen ben die ik vanwege knieblessures heb gemist.”

Pijlen op prijs gericht
Dat doet Schut als centrale verdediger én aanvoerder van Mamelodi Sundowns. Klinkt niet al te bekend? Nou, de club heeft een begroting die drie keer zo groot is als die van FC Utrecht, zegt Schut. “De druk is er hoog, áltijd. Je hebt er nooit tijd om te verslappen, moet telkens pushen. De club heeft zo’n 500.000 fans.” Kortom: serious stuff, daar in Pretoria. The Brazilians, zoals Schut’s team ook wel wordt genoemd, is nog volop in de race om de titel, strijdt nog mee in de Zuid-Afrikaanse FA Cup en is actief in de Champions League. “Van de laatste acht partijen die we speelden, wonnen we er zeven”, lepelt Schut op. “Ik zou het mooi vinden om mijn laatste seizoen in Zuid-Afrika, want dat is het, af te sluiten in stijl; met een prijs.”

Quality time in Nederland
De Champions League, die gaat Schut hoe dan ook niet winnen. Dat toernooi eindigt namelijk pas in november en tegen die tijd is de verdediger al terug in Nederland. Bij zijn vrouw en drie kinderen, die na enige tijd in Zuid-Afrika te hebben gewoond, geremigreerd zijn naar Nederland. Juist daarom is Schut, nu de competitie in Zuid-Afrika een week stilligt vanwege interlands, even terug in Nederland. “De trainer (Pitso Mosimane, red.) gaf me daar toestemming voor, mits ik fit zou blijven. Toen heb ik Robby Alflen gebeld, of ik een weekje mee mocht trainen met de groep. Dat vond Robby goed. Dat is FC Utrecht, voor mij. Informeel, op een bepaalde manier. Mooi dat dit zo kan.” Partijvormen speelt Schut trouwens niet. Hij kent zichzelf. En z’n oefenmeester Mosimane kent ‘m ook. “De trainer wilde wel dat ik fit terug zou komen. Geen partijtjes spelen, was de boodschap. ‘Dan ga je er toch weer te fel in’, zeiden ze. Dat klopt misschien wel, haha. Ik ben een winnaar. Ik ken niemand die zo’n pesthekel heeft aan verliezen als ik. Die hekel aan verliezen neem ik mee in mijn beslissing over het vervolg van m’n loopbaan. Ik moet me niet verbinden aan een team dat vaker verliest dan wint, want dan wordt het voor mij en mijn directe omgeving een vervelend jaar.” Een leuke Eredivisieclub, dát zou ideaal zijn, volgens Schut. “Spelen in de Topklasse en mijn studie sportmanagement weer oppakken is ook een optie. Ik verkeer in de luxe positie dat ik kan kiezen wat ik wil doen.”

‘Samen boven jezelf uitstijgen’
Nu hij voor even terug is op het Utrechtse nest, voelt Schut de spanning dat het eerstvolgende duel met zich meebrengt voor de plaatselijke FC al. Ajax-thuis. Als FC Utrecht-speler kwam Schut in elf competitiewedstrijden (thuis en uit) in actie tegen de Amsterdammers. Zeven keer won hij, twee keer werden de punten gedeeld. Schut is Ajax-proof, zo lijkt het. “Ik vond het altijd heerlijk om tegen Ajax te spelen”, zegt de routinier. “Vooraf weet je dat je het op voetballend vlak moeilijk van ze kunt winnen. Het verschil moet je maken door strijd te leveren, fysiek te spelen. Dan kun je ze aftroeven. Het is nu de taak aan de jongens die al wat langer bij FC Utrecht rondlopen om de jongere gasten, zoals die Zweedse flankspeler (Kristoffer Peterson, red.), die Amerikaanse international (Rubio Rubin, red.) en de Franse spits (Sébastien Haller, red.) duidelijk te maken wat het inhoudt om thuis tegen Ajax te spelen en wat het voor de fans betekent. Al merken die gasten dat ook wel, hoor, als ze voor de wedstrijd de tunnel uitlopen. Spelers van FC Utrecht stijgen tegen Ajax vaak boven zichzelf uit, maar de supporters doen dat ook.” Het recept voor een zege op Ajax? Exacte wetenschap is het niet, weet Schut. Maar wat altijd het geval is, bij die zinderende zeges op de Amsterdammers, dát kan Schut wel moeiteloos benoemen. “Spelers én supporters verheffen zich op dat soort momenten tot een ander niveau.”

Afrikaanse praktijken
Schut is, tegen de tijd dat FC Utrecht tegen Ajax speelt, alweer in Afrika. Op zaterdag 4 april speelt hij met Mamelodi Sundowns in de Champions League tegen Tout Puissant Mazembe; het Real Madrid van Afrika. Een steenrijke club uit DR Congo. Thuis wonnen de Zuid-Afrikanen met 1-0. De return is een harde noot die gekraakt moet worden. “Mazembe is viervoudig winnaar van de Champions League, echt een topclub”, zegt Schut. “Het gaat er daar heel intimiderend aan toe. De spelersbus wordt in die landen nog wel eens bekogeld en fans van de tegenstander houden je ’s nachts wakker”, geeft de Utrechter een inkijkje in de wereld van Afrikaans topclubvoetbal. “Onze president heeft daar wat op gevonden. Hij heeft een vliegtuig voor ons geregeld. We worden ingevlogen en gaan na de wedstrijd weer terug. Als we van Mazembe winnen, zou dat geweldig zijn.”

‘FC Utrecht is FC Utrecht’
De wedstrijd FC Utrecht – Ajax? Met een beetje mazzel kan de verdediger van Mamelodi Sundowns ‘m via internet zien. “Kees Kwakman, die in Zuid-Afrika voor Bidvest Wits speelt, stuurde me laatst een goede link voor het bekijken van livestreams. Daar was ik wel blij mee, want ik had nog maar weinig wedstrijden gezien. Maar ik checkte voordat ik die link had, altijd al wel alle uitslagen en karakteristieken. En met Mark van der Maarel, een goede vriend, heb ik geregeld telefonisch contact. Nu ik hier weer in Utrecht ben, voelt het goed. Natuurlijk veranderen er door de jaren heen dingen, maar FC Utrecht is nog steeds FC Utrecht. Dat merk je. De binding is er nog altijd. Ik gun iedereen bij de club het allerbeste.”